woensdag 27 april 2011

Cold turkey

Het voorbije weekend aan zee zaten we in de leeshoek van de boekenwinkel het boek over Anna en haar tutjes in te kijken. Net als zij was ze de voorbije week ook naar de tandarts geweest (die stoel is een glijbaan!) en ik stelde haar voor om de tut deze zomer in Frankrijk achter te laten.

Neen, morgen aan de zee.
In ruil voor de paaseitjes?
Ja, ik krijg paaseitjes!
Ik wil mijn tut aan een ander kindje geven.
In zo'n doos voor kleren en schoenen.
Zo'n tweedehands container?
Ja, morgen.

Met een bang hartje - weet ze waar ze aan begint? - en een tikkeltje melancholisch - goh, wat wordt ze toch snel groot! - volgden we haar in haar wilde plannen.

Eerst de duinen leeggeraapt. En dan plechtig het tuutje overhandigd.

Er was geen kledingcontainer aan zee dus Allerliefste liep een blokje om en smeet het tutje in de vuilbak. Zelfbescherming. Want als ze er nu om roept (vooral bij haar vader, hij deed het tutje weg maar misschien vermoedt ze / hoopt ze dat het niet definitief was), om te slapen of bij groot verdriet, wou ik dat het terug kon toveren. De verleiding is aan de kant van de ouders dus minstens even groot.

Maar ze doet het goed. Lastig inslapen, 's morgens soms lastig doorslapen. Al gaat het beter sinds we er een wedstrijdje van maken "Wie is de grootste slaapkop in huis?" Ik verwacht dat we nog een paar dagen moeten doorbijten en dan gaat Jana weer goed gezind en tutloos door het leven. Flinke grote meid. Mijn kleine meisje.